Voor ‘moeilijke maatregelen’ kan de bewoner nog geen ondersteuning krijgen
De afgelopen jaren hebben bewoners en professionals samen veel geleerd over hoe de reis naar een duurzame woning verloopt. Soms verloopt die reis naar wens. Soms ook niet. Daar kunnen meerdere redenen voor zijn. Het project loopt bijvoorbeeld vertraging op. Het kan ook zijn dat er nog geen oplossing bestaat voor de behoefte van de bewoner. Gemeente en professionals kunnen dan nog geen passend aanbod of ondersteuning bieden. Denk aan isolatie bij huizen op zand, of een bepaald dakontwerp.
Daarnaast blijken adviseurs en aanbod regelmatig onvoldoende aan te sluiten bij de specifieke context. Al met al is de bewonersreis complex en vol hobbels. Niet alle maatregelen die nodig zijn voor een duurzaam huis zijn eenvoudig toe te passen. Voor sommige maatregelen blijkt er nog geen ondersteuning te bestaan. Dat moet anders, maar hoe?
Alles begint bij beter begrip van die maatregelen. Er zijn namelijk verschillende type maatregelen. Wij verdelen alle maatregelen onder in vier typen, die we in deze blog beschrijven:
Kleine klussen
Eenvoudige grotere maatregelen
Moeilijke maatregelen
Integrale verduurzaming
Maatregel type 1: Kleine klussen
Onder kleine klussen verstaan we huishoudelijke klusjes waarbij je de mogelijkheden benut die op dat moment in je huis aanwezig zijn. Maatregelen die je ‘makkelijk’ zelf zou kunnen uitvoeren, eventueel na het bekijken van een instructiefilmpje op internet. Denk aan het aanbrengen van radiatorfolie, tochtstrips of een besparende douchekop. Sommige gemeenten bieden cadeaubonnen aan voor dit type maatregelen, of energiefixers die ze thuis direct komen installeren.
Deze kleine klussen vragen (nog) geen ingrijpende aanpassingen in het huis. Ze zijn vaak goedkoper, en kunnen toch een grote positieve impact hebben op zowel het comfort in huis (geen tocht meer), als energierekening (lagere kosten).
Maatregel type 2: Eenvoudige grotere maatregelen
Deze maatregel is groter, maar eenvoudig toe te passen; de eenvoudige grotere maatregel. Voor deze maatregelen, zoals het aanleggen van zonnepanelen, spouwmuurisolatie of vloerisolatie, is er meestal slechts één specialist nodig. De werkzaamheden om deze maatregel uit te voeren hebben meer impact op de bewoners dan de ‘kleine klussen’. Ze kunnen vaak niet zelf uitgevoerd worden, daarom ligt de prijs hoger. Veel gemeenten bieden subsidies of collectieve acties aan voor dit type maatregelen. Het comfort in huis en de energierekening zullen aanzienlijk verbeteren.
Maatregel type 3: Moeilijke maatregelen
En dan nu type 3: dit noemen wij de ‘moeilijke maatregelen’. Maar wat maakt een maatregel moeilijk?
Ten eerste: als er meerdere specialisten nodig zijn voor een grotere maatregel. Denk aan dakvervanging, (renovatie van) ventilatiesystemen, of vloerisolatie bij huizen op zand.
Ten tweede: als er een ‘eenvoudige grotere maatregel’ wordt toegepast in een niet-standaard woning. Denk aan huizen die voorzien zijn van luchtverwarming. Er is weinig kennis en ondersteuning op de markt aanwezig hoe je deze huizen kan renoveren en de luchtverwarming vervangt. Daarnaast zijn onderdelen minder makkelijk verkrijgbaar en is de marge minder hoog.
Voor beide typen ‘moeilijke maatregel’ bestaat er een gebrek aan ondersteuning. Bewoners belanden in een soort niemandsland. Over het algemeen geldt: hoe moeilijker de maatregelen, hoe lastiger of minder aantrekkelijk het is voor een marktpartij om tot betaalbare ontzorging te komen. In de praktijk zien we twee dingen gebeuren: bewoners gaan zelf klussen aan hun woning, of zij stellen de moeilijke maatregelen uit in het verduurzamingsproces.
Maatregel type 4: Integrale verbouwing
Het laatste type maatregel is de integrale verduurzaming. De naam zegt het al: integraal. Er worden niet één of twee maatregelen uitgevoerd; het hele huis wordt verduurzaamd. Er zijn meerdere specialisten nodig om het eindresultaat te bewerkstelligen. Het verschil met maatregel type 3 is dat deze verbouwing doorgaans begeleid en uitgevoerd wordt door een bouwteam, onder leiding van een aannemer of architect. Deze mensen hebben de juiste kennis en ervaring om zulke complexe projecten te overzien. Hierdoor wordt de bewoner grotendeels ontzorgd.
Wat kan ik als gemeente doen?
Om bewoners te kunnen ondersteunen bij moeilijke maatregelen is samenwerking tussen technisch experts, lokale ondersteuning en de markt cruciaal. Met een gezamenlijke inspanning kun je 1) deze maatregelen aan het licht brengen, en 2) een (lokale) oplossing vinden om obstakels te verhelpen. Dit kan zowel een technische oplossing zijn of het bieden van ondersteuning zodat bewoners de maatregel beter zelf kunnen uitvoeren.
Een goed voorbeeld van zo’n gezamenlijke inspanning en lokale oplossing is de keuzehulp vloer op zand. Meerdere bewoners in de gemeente Veldhoven liepen er tegenaan aan dat hun huizen op zand zijn gebouwd, waardoor er geen kruipruimte is die geïsoleerd kan worden. Dit is een moeilijke maatregel, want de markt bood (nog) geen oplossing, én er zijn meerdere specialisten bij nodig: de vloerspecialist, isolatiespecialist en een adviseur. Die specialisten zijn er, maar de complicatie zit ‘m in de integrale benadering. Het vraagt veel kennis over de energetische en bouwkundige impact van ingrepen om tot een goede aanpak te komen om een vloer op zand te isoleren. Om handelingsperspectief te bieden aan deze bewoners heeft de DoeTank verschillende DoeAvonden georganiseerd en een startgids ontwikkeld. Nieuwsgierig? Lees dan de procesomschrijving van de DoeAvonden, bijlage 11 van de tool keuzehulp.