IN DE PRAKTIJK

Praktijkverhaal Skidakwoning

In dit praktijkverhaal lees je hoe een bewoner in een bepaald type woning verduurzamingsmaatregelen heeft toegepast.

De wijk Alandsbeek in Leusden kenmerkt zich door een aantal bijzondere woningtypen, waar twee verschillende DoeTank projecten ontstaan, waarbij de centrale vraag was: ‘Hoe komen we van individuele vragen tot collectief handelingsperspectief voor de pioniers?’

Een van deze woningtypen is de Skidakwoning.

De skidakwoningen zijn gebouwd tussen 1972 en 1975, waarvan er ongeveer 240 in één wijk staan. De woning kenmerkt zich door een groot, opvallend dak dat begint bij de nok en in één rechte lijn doorloopt tot aan de garagedeur, volledig bedekt met bitumen shingles en een unieke dakconstructie. De constructie bestaat - van binnenuit - uit 18 cm dikke gordingen met daarboven een spaanplaat. Op de spaanplaat liggen 30 mm dikke tengels in de lengterichting, gevolgd door dakbeschot met een dampremmende laag. Als waterkerende laag tenslotte  bitumen shingles. Door deze doosachtige constructie wordt de ruimte tussen de dakplaten zeer heet, en het vocht kan niet goed verdampen uit deze constructie, wat tot allerlei onderhoudsproblemen leidt.

Veel bewoners in de wijk zijn actief bezig met het toekomstbestendig maken en verduurzamen van hun skidakwoning, en willen graag alles in één keer goed hebben. Vanwege de unieke dakconstructie is dit echter best een puzzel…

Waar liep de bewoner op vast?

Tijdens een bewonersbijeenkomst in 2022 bleek dat veel eigenaren van skidakwoningen tegen dezelfde problemen aanlopen wanneer ze aan de slag willen gaan met het vervangen van het sikdak. Bij een drietal bewoners zagen we bij woningopnames steeds dezelfde dakconstructie van spaanplaatdakplaten met vochtproblemen.

Het dak van dit type woning blijkt uitdagend om verschillende redenen:

  1. De dakbedekking van bitumen shingles is onderhoudsgevoelig en van beperkte levensduur;

  2. Door het aanbrengen van een pakket isolatiemateriaal aan de buitenzijde neemt het volume van het dak toe, hierdoor wordt het aanzien van gootdetails, aansluitingen rondom de dakkapellen en aansluitingen op het dak van de buren anders. Daardoor wordt een welstandstoets verplicht en is er een omgevingsvergunning nodig;

  3. Het dak vernieuwen vraagt om keuzes, die elkaar onderling beïnvloeden; 

  4. Het vervangen van een dak is een forse investering; 

  5. De richtlijn “Natuurvriendelijk isoleren” kan van toepassing zijn maar is nog niet definitief vastgesteld door de gemeente terwijl bewoners dit jaar al een nieuw dak willen.

Het vinden van een geschikte marktpartij bleek nogal lastig. De verschillende offertes die waren aangevraagd verschilden erg in materiaalkeuze en uitvoering, waardoor het lastig was om deze te vergelijken.

Wat is er toen gebeurd? Wat was het proces?

Als vervolg hierop is in mei van 2022 een bewonersgroep onder begeleiding van professionals gestart met het  uitzoeken van de mogelijkheden. Diverse soorten isolatiematerialen en dakbedekkingsmaterialen zijn in een ontwerpgroep onder de loep genomen, met hun materiaaleigenschappen, toepasbaarheid, kosten en voor- en nadelen. In de zomer van 2022 zijn de twee meest kansrijke opties uitgewerkt. Deze zijn in september voorgelegd aan medewerkers van het adviesteam Ruimtelijke Kwaliteit (hierna: Welstand) van de gemeente Leusden en tijdens een wandeling door de wijk toegelicht. Maximaal twee soorten dakbedekking zijn in Alandsbeek toegestaan: een afwerking met bitumen shingles (in lijn met de oorspronkelijke bouw) en een dakbedekking van trapeziumplaten zoals al is gerealiseerd in de wijk op de NOM-woning. Aansluitend is de feedback verwerkt. Op 11 april 2023 zijn beide opties tijdens een informatieve bijeenkomst gepresenteerd aan de wijkbewoners. Daarna is de toolkit dakverbetering doorlopend aangepast. Geïnteresseerd? Bekijk dan de tool Ontwerptraject.

Voor het vergelijken van offertes, en weten wat de verduurzamings-vraag precies is, kan de ondersteuningsstructuur een belangrijke rol spelen. Biedt bijvoorbeeld inloopspreekuren aan of een vraagbaak waar bewoners met vragen terecht kunnen hoe ze offertes voor een bepaalde verduurzamingsmaatregel het beste kunnen vergelijken. Maar ook:

  • Ondersteunen van zowel de wetgever (welstand, SMP) als de bewoners (die willen snel vooruit

  • Bieden van handelingsperspectief voor bewoners door te zorgen dat er 1 of 2 goedgekeurde oplossingen zijn zodat individuele bewoners niet elke keer door de ontwerpmolen heen hoeven.

  • Houdt als ondersteuningsstructuur in de gaten wat voor vragen er uit een wijk komen. Zijn dit veel dezelfde vragen, zoals bij de skidakwoning over het dak, bundel deze en onderzoek hoe je dit collectief kan aanpakken en zo schaalvoordeel kan creëren.

Wat hebben we geleerd?

De belangrijkste lessen die we uit dit proces hebben gehaald zijn:

  • Soms is er een ingewikkeld (technisch) probleem dat normaliter blijft liggen bij gebrek aan motivatie, kennis en tijd om als individuele bewoner mee aan de slag te gaan. Door dit collectief te organiseren wordt er schaalvoordeel behaald en kunnen meerdere huishoudens gebruik maken van één ontwerp. Dit kan de kosten voor het maken van een ontwerp per individueel huishouden enorm drukken.

  • Daarbij is het bij een grotere opdracht (som) interessanter voor grotere uitvoerende partijen, de opdracht uit te voeren. In een oververhitte uitvoerdersmarkt kan dit een groot voordeel opleveren. Kwalitatief betere partijen zijn eerder geneigd om een offerte uit te brengen en er wordt meer prioriteit aan gegeven.

  • Er is een constante spanning tussen bewoners zelf de ruimte en eigenaarschap geven en aan de slag te gaan, en de rol van (technisch) expert en de buurtbegeleider. Het creëren van eigenaarschap bij bewoners is essentieel, maar er moet duidelijk afgesproken worden aan het begin wat het doel, proces en probleemstelling is. Hiermee voorkom je dat bewoners uit enthousiasme te veel tijd besteden aan ‘verkeerde’ zaken, en de procesbegeleider het enthousiasme moet afremmen, of dat de technisch expert niet serieus wordt genomen. Laat de procesbegeleider een proces voorstellen (niet de technisch expert), en definieer met de gehele groep een gezamenlijke doelstelling en verdeel de rollen.

  • Het is niet gemakkelijk om zowel de pet als de facilitator op te nemen maar vanuit het oogpunt van de bewoner ook de controleur (welstand, ecologie) te zijn. Door hier transparant over te zijn en ook mee te helpen bij het zware werk (het ontwerptraject, de vergunningsaanvraag van de bewoner soepel laten verlopen) kweek je vertrouwen.

  • Ga je een collectief ontwerptraject organiseren in jouw gemeente? Dan is het belangrijk dat bewoners “vrij” input kunnen leveren. Door middel van een creatieve ontwerpsessie bijvoorbeeld waarin niets fout en alles goed is. Hiermee vergroot je actieve participatie en verklein je weerstand later in het proces.

  • Bewoners hebben een eigen belang, en dit gaat voor hen logischerwijs vaak voor aan het collectieve belang. Zorg ervoor dat je niet van individuele bewoners afhankelijk bent voor het realiseren van het ontwerptraject. Communiceer dit ook open met de bewoners. Eigen agenda’s zijn prima, zolang ze maar niet verborgen zijn.